De City Pier City trainingsloop
Afgelopen zondag stond ik met Michael aan de start van de City Pier City loop. Dit was mijn eerste keer. Maar waarschijnlijk niet de laatste. Wat een fijn evenement! Goeie sfeer en veel publiek. En prima omstandigheden voor een trainingsloop… Want dat was het (vreemd genoeg).
Gemengde gevoelens
Met gemengde gevoelens over deze loop stapten Michael en ik op de trein. Babette was zo lief ons af te zetten op het station. Dat scheelde een hoop tijd. Ik had verwacht in een overvolle sprinter te stappen, afgeladen met lopers. Maar dat viel mee. Best relaxed zo met de trein eigenlijk. Maar zoals ik zei, toch gemengde gevoelens. Ons schema voor Rotterdam gaf aan dat we dit als trainingsloop moeten zien en de loop in verschillende tempo’s moesten afleggen. De eerste 7 kilometer in 4:36 min/km en de volgende 14 kilometer in marathontempo: 4:15 min/km. Dat is toch raar bij zo’n evenement, waar je het liefst wil knallen.
Slenterpijn
Eenmaal in Den Haag waren we binnen 5 minuten op het Malieveld. Hier konden we onze tassen kwijt bij de speciale tassententjes. Ook dat verliep soepel. Nog even inlopen… Maar hé, wat is dat?! Mijn heupspieren protesteren. Een bekend pijntje. Dat gevoel heb ik vaker, vooral na lang en rustig wandelen in combinatie met spanning in de spieren door intensieve training. Ik noem het maar slenterpijn. En deze keer lijkt het niet weg te trekken. Inlopen wordt dus niks. Dan maar vast naar het startvak. Hier pas ik een trucje van mijn fysio toe, en dat lijkt te werken. Van wedstrijdspanning is echter geen sprake bij ons. De opdracht is duidelijk, we komen niet voor een scherpe eindtijd of harde strijd.

Redelijk ontspannen aan de start 🙂
Opgeslokt
Als het startschot klinkt spurten we weg. Omdat we in startvak 1 (A) staan, zijn er alleen snelle lopers om ons heen. We worden aan alle kanten ingehaald. We komen wat bekenden tegen, twee jongens van onze loopgroep. Peter, een vriend van Michael. Een freelance collega. Er gezellig. En na korte praatjes loopt iedereen bij ons weg. Ik vind het toch wat frustrerend. Mijn benen willen harder. Ze kunnen het niet aanzien om aan alle kanten voorbij gelopen te worden. De slenterpijn is weggetrokken en ik kan bijna niet wachten tot de eerste 7 kilometer voorbij zijn. Na een korte plaspauze zitten we op 5 km. De pacer van 1:35 uur komt ons langzaam voorbij. Met in zijn kielzog een hele club lopers, die ons langzaam opslokt. Mijn geduld is op.
Tijd voor een snellere 14
Bij circa 6,5 kilometer zeg ik tegen Michael “Kom op man, we gaan!”. We liepen toch al wat sneller dan gepland, dus dan maar nog iets verder boven schema lopen. Van 4:25 versnellen we naar circa 4:10 gemiddeld. Dat voelt lekkerder. En we beginnen aan een lange inhaalrace. Het tempo voelt goed, de benen gaan bijna vanzelf. Bij 10 kilometer halen we Peter in. Hij lift een tijdje mee. Ik zie mezelf wel zo in Rotterdam lopen. Zelfs een hagelbui houdt ons niet op. Bij de 15 kilometer komt een wat zwaarder stukje over de boulevard. Hier is het even harder werken, maar lang is het niet. Daarna gaan we weer de stad in en lopen we beschut van de wind en aangemoedigd door het enthousiaste publiek richting de finish.
Tevreden en hoopvol naar Rotterdam
We besluiten de laatste 4 kilometer nog te versnellen om te zien of de 1:30 nog haalbaar is. Dat lukt helaas net niet meer. Zij aan zij komen we over de finish. Wat een super sfeervolle loop, en enorm veel toeschouwers! Met een tijd van 1:30:20 ben ik zeer tevreden (zelfs een PR!). Gemiddeld liepen we op 4:15, iets sneller dan het geplande trainingsschema en qua gemiddelde exact op marathontempo. Het is geen moment echt zwaar geworden gelukkig. De zware trainingsarbeid van de afgelopen tijd lijkt zijn vruchten af te werpen. Hoewel dit slechts de helft is van het aantal kilometers op 10 april, voelt het goed. Ik kan weer dromen van de 3 uur grens. Maar het blijft nog wat onrealistisch. Want de marathon die begint pas echt ver na die 21 kilometer.

Toch trots terug in de trein

Thuis mocht ik mijn medaille en startnummer helaas gelijk weer inleveren 😉
Meer berichten van Miles in Budapest lezen? Like de Facebook pagina